zondag 13 juni 2010

Voettocht met Melle Smets, Bram Esser en Joost van Onna




Hoog bezoek uit NL! Mijn collega Melle Smets waarmee ik o.a. in GANG heb samengewerkt en een snelwegenkenner bij uitstek kwam met vriend Joost en Bram Esser langs in OB. Melle en Bram hebben in november een maand lang op de Nederlandse snelwegen geleefd en werken nu aan een boek over hun ervaringen in deze jonge streek van NL. Op de site www.snelwegsafari.nl hebben zij verslag van hun omzwervingen langs 's Heren snelwegen bij gehouden.

We besloten om het Ruhrgebied te voet en met het OV te lijf te gaan. 's Avonds zou om 19 uur het project 'B1/A40 van Markus Ambach in het kader van Ruhr2010 worden geopend in Bochum-Wattenscheid dus we hadden een einddoel. Een einddoel dat naar mate de dag vorderde steeds meer in ruimte en tijd bleek te verschuiven.

Per Regional Express gingen we naar Essen-Altenessen waar zich de fantastische Bude bevindt waar ik enige weken geleden door het eten van een half lauw Frikandellebrötchen een matige voedselvergiftiging had opgedaan. De Bude bleek gelukkig gesloten maar we hebben nog wel staan smullen van de geïmproviseerde architectuur waarin o.a. een bouwkeet zonder wielen, een elektriciteitshuisje en een heuvel golfplaten zijn verwerkt.

Dankzij onze Tagesticket ( € 31,- om met vijf personen de hele dag met het OV door het Ruhrgebied te kunnen reizen!) stapten we onbekommerd in de U Bahn naar het noorden van Essen. Vandaar ging het te voet over het parcours dat in het studieprogramma van LEGENDA als kennismaking met het Ruhrgebied door Boris en mij is uitgezet. Een voormalige spoorbaan leidt ons naar een woest groen gebied. Deels een overslag plaats voor steenkolen, deels een terrein dat in de marge van de infrastructuur in de vergetelheid is geraakt. Door het dichte struweel van een agressieve exoot belandde we aan het Rhein-Hernekanaal dat we via een spoorbrug overstaken. Al snel volgde een tweede spoorbrug over de merkwaardige en stinkende Emscher.

En dan wordt het landschap plots rustiek; een oud beukenbos met een aantal sterk verwaarloosde lanen dat als een enclave uit een voorbije tijd bewaard is gebleven. Een zeldzaam stuk 'oud land' dat de dans van de industrialisatie is ontsprongen. Eenmaal uit het woud ontvouwd zich een woest panorama waarin de cokesovens van Prosper de boventoon voeren. Grote installaties, stoomwolken en spoor. Het merkwaardige is dat als dat geweld geheel zonder enig geluid zich manifesteert.

We volgende het spoor met aan de ene zijde de nog werkende mijn Prosper met z'n hoge heuvels uit steenkool en aan de andere zijde van de spoordijk het stille geweld van de kolenvergassing. Als een laatste noodkreet hangt er sinds enige weken op de enorme gashouder van de kokerei een spandoek met: " Unsere Kohle hat Zukunft'. Symbool van het achterhoede gevecht der mijnwerkers dat nu al veertig jaar lang duurt maar dat nog geen enkele kolenmijn voor sluiting heeft kunnen behoeden.

Na een voettocht van twee uur bereikten we het Alpincenter in Bottrop. Op de Halde Prosper is door het Van der Valk concern de langste indoor skipiste ter wereld gebouwd. De vrieshuis-achtige architectuur wordt langzaam maar zeker met Oostenrijkse chalets weggemoffeld. In de Biergarten met uitzicht op de kolencentrale van Scholven dronken we Weissbier en aten we Weisswurst.

Met de taxi hebben we ons naar de legendarisch Bude van Karnap laten brengen. De dag ervoor was ik tijdens mijn bezoek aan het project van Observatorium (Warten auf den Fluss), dat zij in het kader van Emscherkunst hebben gebouwd wat bier en tabak bij deze Bude gaan halen. Het kleine kioskje bleek toen naast z'n bescheiden Biergarten ook binnen nog een krap barretje te bezitten waar wat Ruhri's voetbal stond te kijken. Met de heren uit Rotterdam hebben we nog meer bier in de garten van de Bude gedronken en raakte al spoedig in gesprek met enkele lokale helden; oud mijnwerkers die hun dagen met vissen en bier drinken door brengen. Één bleek zelfs een stacaravan bij om de hoek in De Steeg te bezitten en meer kennis van de Rhedense horeca te bezitten dan ik.

Na een kort bezoek aan de brug van Observatorium, waar we eventueel hadden kunnen overnachten, per taxi naar de Profi Grill in Wattenscheid die toevallig dicht bij de openingslocatie van B1/A40 is gelegen. Na de beroemde Currywurst mit Pommes und Salat sprong Bram over de muur van het nabij gelegen kerkhof waarop Melle, Joost en ik geen andere keuze hadden hem te volgen. Hoewel tussen de bomen door het autotuningparadijs Dückerweg, plek van opening, was te zien verhinderde de A40 ons een rechtstreekse benadering. Uiteindelijk wisten we uit het gesloten kerkhof te ontsnappen en arriveerden twee uur te laat aan de Dückerweg.

Joep van Lieshout had groot uitgepakt met talrijke bouwwerken en bouwsels en schoof nog even bij ons aan. Ook LEGENDA collega Dirk Haas uit Essen scharrelde er rond en opgedirkte auto's trokken luidruchtig zwarte sporen over de parkeerplaats. Het rook er naar Grill en verbrandt rubber. Collega Hans Venhuizen en André Dekker waren reeds met Inez Boogaarts van het Nederlands consulaat naar OB vertrokken.

Bij aankomst op het station van OB bleken de perrons gevuld met een feestende menigte en op het niet meer voor het treinverkeer gebruikte perron van de Museumbahnsteig stond een DJ en werd bier verkocht. Verbaasd over deze activiteiten op een centraal station die in NL ondenkbaar zouden zijn scharrelde we naar de bar. De Duisburgse collega's en vrienden Mustafa en Halil waren uiteraard ook van de partij en legden alles vast voor het nageslacht.

Boven in de toren van het station, waar Hans Venhuizen zijn tijdelijke hotel (Gastgastgeber) exploiteert hebben we nog tot twee uur met Hans V. en André D. zitten bieren. Via een fantastische kebabbude, gerund door louter Turkse dames (!) belandden we nog in de cocktailbar Maritinique. Ik was er al vaak overdag langs gelopen en leek me een beetje lullige en treurige tent; een tropische suggestie in het best sombere OB. Maar het was er gezellig, de cocktails waren goed en er werd reggae gedraaid.

Toen we de 'karibik feeling' verlieten werd het al licht; een horizon kleurde oranje terwijl de sierlijke witte neon tekst
'Oberhausen, Wiege der Ruhrindustrie' op het dak van de Volkshochschule zich boven de nog slapende stad verhief.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten